Inhoud

• Deel 2 van 2: Viaducten gebruiken
• Waarschuwingen

1 Controleer het nominale maximale laadvermogen. Dit is de belangrijkste parameter voor de sterkte van een viaduct. Hoe hoger deze waarde, hoe veiliger u bent. Het nominale laadvermogen kenmerkt het maximaal mogelijke totaalgewicht (GVW) dat dit viaduct kan weerstaan. Dit gewicht vindt u op een sticker in de opening van het bestuurdersportier of in de handleiding van het voertuig. Het laadvermogen van het viaduct moet aanzienlijk hoger zijn dan de RMS van uw voertuig om mogelijke fouten te elimineren en het gewicht van de zware voorkant van het voertuig te ondersteunen.

• Dit houdt meestal in dat twee viaducten tegelijkertijd worden gebruikt. Een paar viaducten van 2,7 ton houden bijvoorbeeld veilig de voorkant van een voertuig van 2.700 kg vast terwijl beide viaducten tegelijkertijd worden gebruikt.

2 Houd rekening met het land van herkomst van dit apparaat. Viaducten gemaakt in de Verenigde Staten en de Europese Unie zijn over het algemeen onderworpen aan strengere kwaliteitscontroles dan apparaten uit andere landen. Hoewel er ook veilige en goed gemaakte viaducten van derden beschikbaar zijn, moet u ervoor zorgen dat u de mening van andere mensen over dergelijke producten krijgt voordat u besluit ze te kopen.

3 Lees recensies. Sommige autobezitters vertellen enge verhalen over hoe viaducten bezwijken onder aanzienlijk minder dan de nominale belasting. Het risico is klein, maar het kan dodelijk zijn, dus het is de moeite waard om online te zoeken naar beoordelingen van andere gebruikers.

4 Beslis over de mogelijkheid om lage oprijplaten te kopen. Dergelijke viaducten hebben een zachtere helling, zodat zelfs een sportwagen erop kan worden gereden zonder de elementen van het chassis te beschadigen. Dergelijke apparaten zijn in de regel vrij duur, dus ze mogen alleen worden gekocht als een gewone oprit niet kan worden gebruikt.

5 Controleer op rubberen stoppen die uitglijden op de vloer voorkomen. De onderkant van veel oprijplaten heeft antislip rubberen elementen die voorkomen dat het apparaat terugschuift wanneer het voertuig erover begint te rijden. Dit is vooral belangrijk als het onderhoud op een gladde ondergrond moet worden uitgevoerd, want als de auto de oprijplaten raakt, zullen ze niet vooruit rijden.

6 Zoek naar tekenen van schade. Gooi oprijplaten weg als u duidelijke tekenen van corrosie, scheuren of andere defecten op het oppervlak aantreft.

7 Koop indien nodig anti-rollbacks. Er worden minimaal twee wielkeggen aanbevolen wanneer u met uw voertuig op viaducten rijdt.Tijdens de werking van anti-rollbacks doen zich zeer zelden problemen voor, maar als er een gladde of gladde vloer in de garage is, is het beter om zachte rubberen stops te kopen.

Deel 2 van 2: Viaducten gebruiken

1. 1 Verplaats de oprijplaten direct onder de voorwielen van het voertuig. Installeer het gereedschap met het smalle uiteinde precies in het midden van de band. Controleer in één oogopslag of het apparaat zo parallel mogelijk aan de carrosserie is geplaatst. Voer een soortgelijke procedure uit met het tweede viaduct aan de andere kant van het voertuig.
   • Als de wielen naar de zijkant zijn gedraaid, lijn ze dan uit en probeer het opnieuw.
   • Werk altijd op een stevig, horizontaal platform of stevige ondergrond. Voer geen reparaties uit op natte of gladde oppervlakken, omdat dit problemen kan veroorzaken bij het optillen van het voertuig over het viaduct.
2. 2 Klim precies in het midden van de helling. Stap in de auto en ga het viaduct op. Stap uit de auto en zorg ervoor dat de voorbanden aan de voorkant plat zijn. Als dit niet het geval is, rolt u terug en probeert u het opnieuw.
   • De meeste viaducten hebben aan het einde een klein uitsteeksel, waardoor de bestuurder het gevoel heeft dat hij al bij de rand is aangekomen. Als dit uitsteeksel te klein is, heeft u een assistent nodig die u moet begeleiden en moet voorkomen dat de auto van het viaduct valt.
   • Rijd iets sneller als viaducten naar voren schuiven terwijl het voertuig beweegt, maar doe dit voorzichtig en voorzichtig. Als het niet mogelijk is om op deze manier de hellingen op te klimmen, is het noodzakelijk om ze op hun plaats te bevestigen door de plank aan de rand tussen de garagemuur en de achterkant van het viaduct te plaatsen.
3. 3 Trek de parkeerrem aan. Gebruik de handrem om te voorkomen dat het voertuig per ongeluk van de oprit rolt zodra u ervoor zorgt dat de wielen in het midden staan. Ga op uw zij staan ​​en schud de machine voorzichtig heen en weer om er zeker van te zijn dat deze stabiel staat.
4. 4 Ondersteun het achterwiel met twee blokken. Plaats een schoen aan de voorkant van het achterwiel en de andere aan de achterkant. Dit is een extra veiligheidsmaatregel die voorkomt dat het voertuig in welke richting dan ook rolt. Veilige toegang tot de onderkant van het voertuig is nu gegarandeerd.
   • Als u extra veiligheid wilt, kunt u de auto opkrikken.

Waarschuwingen

• Voer onder de bodem van de auto geen manipulaties uit die kunnen leiden tot het ontgrendelen van de parkeerrem of het transmissiemechanisme.
• Probeer niet om uw eigen viaduct te maken. Op het eerste gezicht is dit heel eenvoudig, maar commerciële armaturen zijn veel sterker dan die in ambachtelijke omstandigheden kunnen worden gemaakt.